Op de hoek van de Hollanderstraat en de 2e Sweelinckstraat in het Haagse Duinoord, prijkt op de etalageruit, van wat ooit een melkslijter was, de vrolijk klinkende naam la-di-da Architecten. La-di-da was in 2017 de werktitel van de inzending van Laura van Santen en Diederik de Koning voor de Architectuur Prijs Achterhoek. Diederik en Laura vormen samen architectenbureau la-di-da (Laura – Diederik – design & architecture) en zij wonnen met hun inzending – woonhuis met schuur in Hietland – deze prestigieuze prijs. Dat zij de prijs wonnen was een bevestiging dat architectuurprijzen niet langer alleen maar naar iconische gebouwen gaan, maar steeds meer naar gebouwen met een hoge maatschappelijke relevantie.
Uit ons gesprek blijkt ook hoezeer beiden bezig zijn met deze relevantie, zeker op het gebied van duurzaamheid, hergebruik en onderhoud van materialen. Tegenwoordig worden ontwerpen vooral, of misschien wel uitsluitend getoetst op hun rol bij de energietransitie. Isolatie bijvoorbeeld is van doorslaggevend belang. Hoe belangrijk en onvermijdelijk ook, hierdoor dwaalt de aandacht wel af van andere factoren die van belang zijn voor de keuze van materialen. Bijvoorbeeld wat de milieubelasting is bij het produceren van de materialen of van het onderhoud hiervan. Er zou meer onderzoek gedaan moeten worden naar de ecologische verantwoorde en alternatieve bouwmaterialen.
Diederik en Laura werken bijvoorbeeld heel graag met hout. Een eerlijk product dat niet meer geschilderd hoeft te worden als je het voor de toepassing met zuur hebt behandeld. Maar door alle bouwvoorschriften worden mensen steeds weer gedreven naar steen en beton. Laura en Diederik voelen zich gesterkt door het VPRO programma ‘Tegenlicht’ dat vorige jaar een aflevering uitzond over ‘De Houtbouwers’. De reacties waren overweldigend en voor de meeste kijkers waren de mogelijkheden van hout een eye-opener. Hout blijkt namelijk een oplossing voor heel veel problemen.
De naam van hun architectenbureau past eigenlijk heel goed bij hun filosofie. Veel architectenbureaus werken vanuit huis of grote kantoorgebouw, zijn ietwat naar binnengekeerd en vaak werkzaam voor grote opdrachtgevers. Diederik en Laura hebben hun bureau voor het raam van de vroegere melkslijterij staan en zijn letterlijk en figuurlijk naar buiten gericht, terwijl iedereen bij hun naar binnen kan kijken. Ze hebben zelfs geëxperimenteerd met gratis spreekuren voor de buurtbewoners. Want wil je verbouwen of bouwen en de keuze hebben uit verschillende duurzaam geproduceerde of hergebruikte materialen dan ben bij je bij hen aan het goede adres. Helaas worden veel woningen verbouwd door een aannemer met behulp van een constructeur. Dat segment van de kleine projecten is juist waar zij zich op willen richten.
Beiden hebben een passie voor materialen. Hoe voelt het, wat zijn de eigenschappen, hoe was het productieproces en wat zijn de toepassingsmogelijkheden. Het is hen dan ook een raadsel waarom men kan afstuderen als architect zonder ooit met stenen te hebben gewerkt. Zo was Laura betrokken bij een megaproject van de LocHal in Tilburg waarbij een voormalige spoorwegwerkplaats door middel van ruim 4200 m2 textiel werd omgetoverd tot een multifunctioneel gebouw met o.a. een bibliotheek en werkplaatsen. Ook heeft ze een cursus boomstammen verwerken in Finland gevolgd.
Diederik en Laura zijn van huis uit bereisd. Zij hebben vele plekken over de hele wereld bezocht en er ook gewoond. Nog steeds reizen ze veel voor hun werk. Zo is Laura als docent van de Koninklijke Academie voor de Beeldende Kunst in Den Haag met haar groep naar Marokko geweest en sprak Diederik voor de Columbia Universiteit in New York. Diederik is gastdocent op de TU in Delft. Informatie delen en ook absorberen is bij hen een wisselwerking.
Ondanks het feit dat werken als architect voor grote opdrachtgevers of grote luxueuze huizen het meest lonend is, richten zij zich voornamelijk op kleinere projecten. Het is hen dierbaar om betaalbare huizen te ontwerpen voor mensen die anders geen architect kunnen inschakelen. Zo zijn ze in Almere bezig met het project Oosterwold, Landschap van initiatieven. Ze hebben zich hier gericht op mensen die € 250.000 te besteden hebben. Dat is dus inclusief de grond, de infrastructuur etc. Dan kom je uit op € 150.000 voor het te bouwen huis. De huizen zijn driehoeken die redelijk naar de wensen en financiële mogelijkheden kunnen worden aangepast. Misschien niet helemaal maatwerk, maar dan toch wel een confectiemaat.
Omdat ze zich richten op kleinere projecten komen ze veelal uit in Friesland of de Achterhoek. Vooral boerderijen zijn interessant. Kampen we nu in Nederland met leegstand van kantoren en de conversie daarvan in woningen, in de toekomst speelt dit met de boerderijen en stallen. Deze zijn om te bouwen tot kleinere communes. Diederik hoopt in de nabije toekomst te promoveren op de geschiedenis van de architectuur van de boerderij van 2000 voor Christus tot heden. Vroeger werden boerderijen echt door architecten ontworpen, maar dat is tegenwoordig helemaal komen te vervallen. Door de leegstand en de conversie van deze gebouwen is er waarschijnlijk in de toekomst weer een belangrijke rol voor de architect weggelegd.
Laura en Diederik voelen zich helemaal thuis in Duinoord. Ze hebben nog niet eerder zoveel contact gehad met hun omgeving als hier. Het voelt aan als wonen in een groot dorp. Ze winkelen graag in de Reinkenstraat, restaurants en andere horeca zijn om de hoek en er is uitstekend openbaar vervoer.
De Hollanderstraat is voor hen een uitgelezen plek om verder onderzoek te verrichten naar alternatieve materialen en de geschiedenis van de architectuur van de boerderij.
Michael Toorop